Wederzijds

Hoi, ik ben Anke Hovestadt en ik werk al ruim 10 jaar in Salem op afdeling Wijnrank.
Ik werk in de zorg, omdat ik het mooi en fijn vind om iets voor kwetsbare ouderen te betekenen. Kwetsbaar, op lichamelijk, psychisch en sociaal gebied. Af en toe hoop ik enkele verhalen of belevenissen van ‘mijn’ Salembewoners met jullie te delen. Verhalen van situaties en van personen die mij raken.

Als eerste denk ik nu aan Meneer T. Ik laat hem zelf even aan het woord:

‘Ik ben Meneer T. en ik woon al verschillende jaren in Salem. Ik zit in een rolstoel omdat ik verlamd ben en ik kan helaas niet praten. Wanneer ik iets nodig heb dan druk ik op de bel en dan komt er een zuster. Of soms, wanneer de zusters het druk hebben, dan trek ik op een andere manier de aandacht (dat is hard roepen) en dan komen ze best snel. Vaak moet ik dan even goed gelegd worden in bed, of mijn ontbijtbord en beker moeten opgehaald worden van het nachtkastje. Want ja, ik hou van eten en dan is het ook snel op.

In mijn dressoir tegenover mijn bed is een la waaruit de Bijbel gepakt wordt en waar de zuster dan uit leest. Dat plekje onthoud ik heel goed! Na het ontbijt wil ik graag nog een poos in bed blijven en dan luister ik naar de RO. Want ik hou van muziek.. Jammer dat ik nu niet meer kan meezingen. Vroeger kon ik dat wel. Ik werkte toen bij een sociale werkplaats. Ik ben blij als ik gewassen word en als ik daarna met de lift in mijn stoel word gezet. Mijn spraakcomputer staat voor mij op het werkblad van de rolstoel en ik druk op een knopje. Een stem zegt dan: ‘Ik wil u bedanken’. Dat meen ik oprecht, want ik ben erg blij voor de zorg die ik krijg in Salem.

Ik word dan naar de huiskamer gereden waar er iemand wacht met een lekker bakje koffie. Ik word begroet door de andere bewoners en ze zijn blij me weer te zien. Ik ken ze goed en ik probeer op mijn manier mee te leven met hun wel en wee. Bijvoorbeeld met mijn kamergenoot, die pas geen pyjama’s meer in zijn had kast liggen.
Hij mag dan gerust een pyjama van mij lenen hoor.
Geen probleem!                                                                                                       

De zusters maken vaak grapjes met mij en dan moet ik erg hard lachen. Soms gaat het lachen ook snel naar het huilen toe. Jantje lacht, Jantje huilt. Als ik mijn dag niet heb is het meer: Jantje huilt…

Terug naar mijzelf. Dit is het voorbeeld van het dagelijks leven van Meneer T. En als verzorgende ben ik dankbaar dat er zo’n tevreden Meneer T. is. Je wordt blij en als je grappig tegen hem doet dan wordt hij vrolijk van jou. Eenzaamheid en verdriet moeten hem niet vreemd zijn en als ik merk dat als hij niet lekker in zijn vel zit dan vraag ik er naar. Als antwoord humt hij wat of zegt hij ‘ja’. Hoe zou je ten diepste zijn gedachten kunnen peilen? Toch merk je dat hij een andere Bron heeft, bijvoorbeeld als je na het eten een Psalm mag voorlezen of hij hoort muziek die hem aanspreekt. Hij reageert dan getroffen en ontroert. Dan is er in de zorg met meneer T. niet alleen een wederzijdse dankbaarheid, maar ook een verwachten. Juist in deze adventstijd. Want één ding is zeker:

‘De duisternis gaat wijken, van ‘d eeuwenlange nacht, Een nieuwe dag gaat prijken, met ongekende pracht.’

Goede Kerstdagen toegewenst!

365